Advies zingbare prenteboeken

Hieronder staan wat tips voor het gebruik van de zingbare prentenboek met kinderen in de klas:

– Wees er zeker van dat je het lied goed uit je hoofd kent en wanneer je de bladzijdes om moet slaan. Zo kun je goed focussen op de kinderen en hoef je niet te kijken naar de tekst. – Zorg ervoor dat alle kinderen de illustraties goed kunnen zien. Een cirkel is hierdoor meestal niet de beste optie, beter is om de kinderen allemaal in een ‘kluitje’ voor je te laten zitten en dat jijzelf iets hoger zit.
– Zing het boek zonder opname of instrument. hierdoor horen de kinderen de melodie goed en je hebt meer interactie. Ook kun je hierdoor meer vrijheid nemen om bijvoorbeeld een plaatje aan te wijzen of iets te zeggen en even te stoppen. de opname kun je gebruiken om het lied uit je hoofd te leren en om de sfeer goed te horen.
– Elke keer als je het boek zingt kun je de kinderen aansporen om mee te zingen, of om stukjes te zingen zonder jou. laat ze bijvoorbeeld eerst een woord invullen aan het einde van een frasen (‘met zijn hoedje op zijn …’) Zodra ze dat kunnen, laat ze dan een stukje van een zin invullen (‘met zijn hoedje …’). Als ze dat kunnen, zing je alleen het eerste woord van de zin en laat je de kinderen de rest invullen (‘met….’). Hierna kunnen ze het lied zingen zonder hulp.
– Als de kinderen het lied goed kennen kun je ze vragen om een beweging erbij te bedenken, bijvoorbeeld klap op je knieen en daarna je handen op de puls. Hierdoor stimuleer je zowel de visuele, auditieve en de kinesthetische zintuigen tegelijkertijd.
– Herhaal het boek een paar weken zodat de kinderen het lied goed kennen. Hierna kun je eventueel het klapspel erbij doen.
– Je kunt naar plaatjes wijzen in het boek of een vraag te stellen over de illustratie. Een andere optie is om een vraag te zingen en laat ze ook antwoorden met hun zangstem (Waar is advocaatje? Zien jullie de kat?)